Hoe is De Krim ontstaan?

De Krim, ofwel Het Eiland, ligt in Haarlem-Noord. In officiële stukken wordt gerefereerd aan Overdelft. De wijk bevat aan de noordzijde het Pim Mulier Sportpark en aan de zuidzijde het Kennemer Sportcenter, het CIOS, de ijsbaan en recentelijk het Ibis Styles Hotel. In deze groene en rustige wijk is het prettig wonen!

Korte historische schets

Pre stedelijke ontwikkeling
In de 12e – 14e eeuw probeerde men gronden en moerassen te ontginnen voor landbouw en veeteelt. Het uit de duinen vloeiende water werd via natuurlijke beken en via gegraven sloten en vaarten (De Delft, Houtvaart) naar het Spaarne, de Rijn of het Wijkermeer afgevoerd. Er ontstonden daardoor grote rechthoekige stukken grond, die door de graaf in leen werden uitgegeven aan een ‘heer’. Zo ontstond een ‘heerlijkheid’, waarop een hoeve werd gebouwd.

De gemeente Bloemendaal, waar destijds het huidige grondgebied van De Krim onder viel, was ontstaan uit de ambachtsheerlijkheden Tetterode (huidige Overveen), Aelbertsberg (huidige Bloemendaal) en Vogelenzang.

Vanaf eind 16e eeuw was de blekerij in deze omgeving een belangrijke tak van nijverheid. Protestantse emigranten uit Vlaanderen en Brabant richtten linnen-, garen- en kleerblekerijen op.

In de 19e eeuw veranderden de gronden in weiden of tuinderijen of werden de gronden tot buitenplaats verbouwd, onder andere Hartenlust en Wildhoef in Bloemendaal. Mede door de verbetering van de verkeersmiddelen (trein en tram) ontwikkelde Bloemendaal zich vanaf circa 1880 tot een forensenplaats. Buitenplaatsen, waar onder Hartenlust en Wildhoef, werden hierdoor verkaveld en bebouwd.

De annexatie
In het begin van de 20e eeuw werd de beschikbare ruimte voor de bouw van goedkope arbeiderswoningen binnen de grenzen van Haarlem steeds schaarser. Hierdoor kwamen omvangrijke woningbouwactiviteiten op het grondgebied van de gemeente Schoten op gang. In 1927 annexeerde de gemeente Haarlem de gemeenten Schoten en Spaarndam, delen van Bloemendaal, Heemstede, Haarlemmerliede en Spaarnwoude.

Tijdens de dertiger jaren werd er vervolgens in Haarlem in snel tempo een groot aantal woningen gebouwd. Deze woningen maakten deel uit van de uitbreidingsplannen voor Haarlem-Noord.

Het gebied over De Delft, inmiddels grondgebied van Haarlem, is in bestemmingsplan “De Krim” (ontwerp) rond 1935 ontstaan. Woningbouwverenigingen en vooral eigenbouwers leverden vele woningen af, voornamelijk ééngezinswoningen, waaronder het zuidelijke deel van De Krim.

Over het ontstaan van de naam De Krim is niet veel bekend. Vermoedelijk dankt het gebied over De Delft zijn naam aan de tamelijk geïsoleerde ligging tussen De Delft en de spoorlijn Haarlem-Beverwijk. Hierdoor werd het gebied in de volksmond De Krim genoemd naar het in het oude Rusland ooit bekende/beruchte verbanningsoord de Krim, nu een schiereiland in de Zwarte Zee.

Luchtfoto van de Krim uit 1945 (Bron: R.W.F. Verrijk)

 

Naoorlogse periode
De Tweede Wereldoorlog bracht ook in Haarlem de woningbouw vrijwel tot stilstand. Na het beëindigen van de oorlog kwamen de planontwikkeling en het bouwproces weer in beweging.

Bij het opzetten van de stedenbouwkundige plannen voor de in Haarlem-Noord gelegen wijken is door de ontwerpers J.A. Kuiper (stedebouwkundig adviseur van de gemeente Haarlem) en A. van der Steld (het toenmalig hoofd van de afdeling Stadsontwikkeling) afgestapt van de uitgangspunten, die in Haarlem gehanteerd werden bij de opzet van de vooroorlogse uitbreidingsplannen. Bij deze nieuwe plannen werd uitgegaan van het gesloten bouwblok gevormd door ééngezinswoningen, vaak zonder voortuinen, maar met binnen het bouwblok gelegen achtertuinen. Het openbaar groen was veelal slechts te vinden op enkele geïsoleerd liggende plekken (Rijklof van Goensplein). Ook werden er flatgebouwen met drie en vier bouwlagen gebouwd (Laurens Reaellaan). Tussen de flatgebouwen werden gemeenschappelijke tuinen aangelegd die vanaf de openbare weg toegankelijk zijn.

In de nieuwe wijk werden de namen van gouverneurs-generaal van Oost-Indië toegepast. Het in 1935 reeds aangenomen Carel Reinierszpad kwam, wegens verandering van het stratenplan, grotendeels te vervallen. De weg langs De Delft werd Lodewijk van Deyssellaan genoemd, naar het pseudoniem van de grote Nederlandse letterkundige Dr. K.J.L. Alberdingk Thijm (geboren in 1864), één der laatste tachtigers in Haarlem. Dit eerbetoon bij diens 70ste verjaardag was een hoge uitzondering, daar het tot dusver niet de gewoonte was namen van nog levende personen voor straatnamen te gebruiken, behalve die van het Koninklijk Huis.

De laatste toevoeging van woningen in de woonwijk zijn in de jaren ’70 geweest in de omgeving van de Otto van Reeslaan en aan de Cornelis van der Lijnlaan.

Bron: Gemeente Haarlem, bestemmingsplan De Krim.